Elfstedenvoorzitter Henk Kroes en ijsmeester Venema kijken terug op de Elfstedentocht van 1997. Dagenlang waren ze in touw en niet uit de media te slaan. Beiden kijken terug; Kroes aan het ontbijt met zijn vrouw thuis in Boazum en Venema op het ijs van de Leeuwarder Prinsentuin.
Veel liefhebbers schreven zich in voor de IJsselmeertocht, georganiseerd door de 100-jarige ijsclub van Zurich. Met een schuiver voor de Eend was een baan geveegd van een rondje van vijf kilometer. Onder de deelnemers ook burgemeester Piersma.
Het ondergelopen weiland van de Ryptsjerksterpolder is vaak een van de eerste plekken waar de schaatsen kunnen worden ondergebonden. De 'doorzetter', 'liefhebber' en de 'waarschuwer' komen aan het woord.
Op de Jouster ijsbaan is het WK solexrace op ijs. Dertig deelnemers, lid van de club AOW (Altijd Onder Weg) doen mee aan de wedstrijd. Plezier is belangrijker dan winnen. Het gaat niet zo snel, want het ijs is zo glad dat de bestuurders met hun voeten moeten remmen.
Voor het eerst in vier jaar zou er weer een wedstrijd met de arrenslee, een oude Friese traditie, worden georganiseerd op De Veenhoop. Terwijl de organisatie druk bezig is met de voorbereidingen wordt langzaamaan duidelijk dat het ijs minder sterk is dan werd gedacht.
Jan van der Kooi tekent en schildert, meest figuratief werk. We zien hem buiten aan het tekenen (landschap) en ook aan het werk in zijn atelier. Hij vertelt dat hij steeds verder wil kijken, zijn grenzen verleggen. Zo kijkt hij na Fryslân nu ook in het buitenland zoals Venetië. In museum De Buitenplaats in Eelde zijn voorbereidingen voor een tentoonstelling.
Sytze Pruiksma is slagwerker. Hij komt uit een zeer muzikale familie en vertelt daarover en over zijn pad naar het conservatorium. Hij speelde bij bekende orkesten maar wil meer uit de muziek halen dan alleen noten spelen. We zien hem aan het werk voor een dansvoorstelling. Naast de muziek heeft hij een passie voor vogels. Als kind al ging hij met de kijker eropuit in de Workumerwaard.
Portret van de succesvolle schaatser Rintje Ritsma uit Lemmer. We zien hem op het Lemster skûtsje met zijn opa, in de sportschool, in Thialf en op het TT-circuit. Hij vertelt over zijn leven en hoe hij bij het schaatsen kwam. Ook andere sporters en trainers komen aan het woord zoals Gerard Kemkers, Ab Krook, Geert Kuiper en Ard Schenk. Ritsma stapte uit de KNSB en zette als eerste een commerciële ploeg op.
Geurt Busser is landschapsschilder. Al zijn leven lang maakt hij aquarellen van de natuur en dan voornamelijk het Wad en het water. We zien hem aan het werk in de buitenlucht, in weer en wind, dat is zijn atelier. Met de camper rijdt hij naar de plek of met de boot vaart hij uit en laat zich droogvallen. Na een korte tijd op de kunstacademie heeft hij het schilderen zichzelf geleerd.
Rein Hofstra uit Grou is architect. Bekende ontwerpen van hem zijn de Nije Kromme (brug in de Slachtedyk bij Wommels), de torens bij het Sjûkelân in Franeker en de verbouwing van de Heerenveense school. Hij vertelt over zijn werk en visie; hij ontwerpt in de context van het landschap en we zien hem aan het werk met compagnon Tonny Douma en bij diverse projecten zoals de verbouwing van het dorpshuis van Raerd en nieuwbouw van woning en bedrijfsruimte in Akkrum. Hij vertelt ook, met stedenbouwkundige Koos van der Sloot, over het ontwerp van waterwoningen bij Joure.
Voor 1950 was de kans groot om aan tbc (tuberculose) te sterven. Patiënten werden opgevangen en behandeld in sanatoria, één daarvan stond in Appelscha. Patiënten en personeel van Beatrixoord vertellen over hun ervaringen daar. Patiënten moesten veel liggen, in de buitenlucht en mannen en vrouwen waren van elkaar gescheiden. Ook Johan Stekelenburg was een patiënt, als voorzitter van het Nederlandse Tuberculose Fonds opende hij een tentoonstelling. Naast de verhalen is er veel archiefmateriaal te zien in de documentaire.